Sla over naar de inhoud

De eerste keer op natuurijs

Ik heb wel iets met ijs. Vooral mango en straciatella. Wat is er fijner dan zomers aan een ijsje te likken, op een vol terrasje of gewoon lopend door de warme straten. Ik kan niet wachten tot het weer zomer is. Maar helaas, het is nog winter. Ik heb het niet zo met koud weer. Natuurlijk is het wel gezellig om binnen met een warme kop chocolademelk met slagroom te zitten. Maar buiten waag ik me liever niet. En op het ijs al helemaal niet. Koud en glad. Niets voor mij.

Maar goed, toen er ineens een grote natuurijsbaan bijna in mijn achtertuin lag – het grote water van het Merwedekanaal – begon het toch wel te kriebelen. Vanuit de Abel Tasman- en de Muntbrug zag ik heel veel mensen genieten. Dit moet dus wel leuk zijn, dacht ik, en ik besloot het in mijn nieuwe woonplaats helemaal anders te doen. In Eindhoven heb ik nooit geschaatst op natuurijs, maar hier in Lombok moest dat maar gaan gebeuren.
Er waren echter twee problemen.
Ik had geen schaatsen.
En ik kon niet schaatsen.

Nou ja, twee jaar geleden heb ik wat schaatscursussen gevolgd op de kunstijsbaan van Eindhoven. Maar dat was toch vooral achter een ijsrollator. Zonder zo’n ding ging het niet echt soepel. En op natuurijs had ik al helemaal geen ervaring. Maar goed, met een vriendin die goed kan schaatsen, moest het op de Merwedekanaal wel lukken. We wilden dit weekend het ijs op.
Nu nog de schaatsen regelen.

Omdat ik een beginner was en voorlopig toch geen toertochten zou gaan schaatsen, leken ijshockeyschaatsen de beste optie.
En surprise, surprise, die had ik zaterdag vrij snel gevonden. Omdat ik al gruwelverhalen had gehoord dat er in Nederlandse winkels geen schaats meer te krijgen was – als ik het goed gehoord heb, was er in Friesland zelfs een schaatsoproer –, besloot ik maar de winkels te vermijden, en me te wenden tot marktplaats.nl. En dat ging soepel. Binnen korte tijd had ik een adresje gevonden in De Meern. Ik stapte in de auto, en binnen tien minuten had ik ze: stoere ijshockeyschaatsen voor een prikkie. De verkoper zei nog wel eerlijk dat ze geslepen moesten worden. Maar dat was geen probleem.
Dacht ik.
Gewoon effe die schaatsen langs een machientje. Tien seconden roesch roesch en daar zou ik staan op het Merwedekanaal.
Dacht ik.

Maar schaatsen slijpen schijnt langer te duren dan gedacht. En ik was bovendien niet de enige die naar de schaatsensliep ging. Bij het slijpadresje aan de Oude Gracht was het zo druk dat schaatsen pas maandag klaar waren. Daar kon ik niet op wachten. Omdat ik met mijn vriendin toch in de stad waren, besloten we maar een beetje rond te lopen. En voor ik er erg in had zat ik aan een warme chocolademelk met slagroom. Morgen, zo besloot ik, dan ga ik schaatsen. Dan had ik ’s avonds ook nog tijd om via markplaats een schaatsensliep te vinden.
En die had ik ook zo gevonden. En ik kon meteen komen. Maar toen hij hoorde dat ik ijshockeyschaatsen had, was ik niet welkom. Want ijshockeyschaatsen, die deed hij niet. Het werd me ook niet gemakkelijk gemaakt hier. Maar ik had een besluit genomen. Ik ging hier schaatsen. En dit weekend nog.
Op zondagochtend dan maar naar de Utrechtse ijsbaan gegaan. De schaatsshop daar sleep ook schaatsen. Maar deze waren pas donderdag klaar.
Maar goed, dan maar met botte schaatsen schaatsen. Dat had één voordeel: als ik uitgelachen zou worden over mijn gebrek aan talent, zou ik het altijd op die botte schaatsen kunnen gooien.
En zo togen wij om 1 uur naar het trappetje en de steiger aan de Muntplein. Schaatsen aan, en daar ging ik. Krabbelend en zuchtend en steunend. Het eerste rondje hield ik m’n lief goed vast. Op driekwart kwam er een vrouw achter een stoel voorbij schaatsen. Moet jij ook pakken, refereerde ze naar de stoel, dat gaat een stuk beter.
En dat ging het. De volgende twee rondjes schaatste ik achter een stoel. Ik kon nu wel wat meer tempo maken. Net voordat ik het tweede stoelrondje erop had zitten, schaatste die mevrouw weer voorbij. Nu zonder stoel. Moet je ook doen, zei ze, andere schaatsen aantrekken.
Ik glimlachte vriendelijk, maar dacht: echt niet. Ik had wel weer genoeg gezucht en gebikkeld. Het was mooi geweest. Ik krabbelde naar de kant, en terwijl ik de schaatsen uitdeed besefte ik dat dit toch wel erg mooi was. Schaatsen in de achtertuin, met al die vriendelijke en genietende buurtbewoners. En ook het schaatsen op natuurijs is eigenlijk erg gaaf. Dat ga ik echt vaker doen. De Elfstedentocht komt dit jaar nog te vroeg, maar ik ga wel vaker schaatsen.

Hoewel … nu ik dit schrijf, begint het flink te dooien. En gisteren hoorde ik dat het twaalf jaar geleden was dat het Merwedekanaal ijsklaar was. Hoewel ik dan tijd genoeg heb om mijn schaatsen te laten slijpen, hoop ik niet dat ik zo lang moet wachten. Want het was al met al wel genieten, hier op het natuurijs. Daar kan weinig tegenop. Zelfs geen mango- of straciatella-ijs.

Published in2009