Sla over naar de inhoud

Klein Toscane

Echt veel heb ik niet met hockey. Toch volgde ik in de jaren ’80 deze sport intensief. En dan vooral de hockeyclub Klein Zwitserland. Deze hockeyploeg uit Den Haag was jarenlang kampioen van Nederland, en ook een paar keer van Europa. Maar daarom was ik niet geïnteresseerd in dat team. Dat kwam door de fascinerende naam.
Klein Zwitserland.

Hoe komt zo’n hockeyteam toch tot zo’n naam, dacht ik steeds toen ik die naam hoorde.
Ik had geen idee.
Maar Wikipedia bood onlangs uitsluitsel.
De hockeyploeg speelde op een groot terrein dat zo heet.
Maar tja, dan weet ik nog niet veel.
Waarom heet dat terrein zo?

Als jonge vader heb ik nu een vermoeden. Die naam komt van een kindje dat net leert praten.
Waarschijnlijk was dat terrein een beetje heuvelachtig, wat door zo’n manneke al snel aan bergen doet denken.
En alles wat niet ruikt naar moedermelk, ruikt voor zo’n kleine al gauw naar Zwitserse kaas.
En tja, bij die hockeyers deed Zwitserland misschien wel aan hun bank denken. En dat krijgt zo’n ventje toch wel mee.
En daarom waren zijn eerste woorden misschien wel: mamma, pappa , Klein Zwitserland.

Maar stel dat dat zo is. Welk land zal het Lombokkertje dan noemen als hij net kan praten?
Een ding is zeker, het is hier geen Zwitserland.
En niet alleen omdat het hier niet naar Zwitserse kaas ruikt.
Maar wel naar koffie. Dankzij de Douwe Egberts-fabriek.
En het ruikt hier ook naar kruiden en groenten. Vooral in de Kanaalstraat.
Maar ook vooral in de straten van Lombok, als je daar rond etenstijd loopt.
Ook heb je hier geen heuvels. Hooguit verkeersdrempels. Wat voor zo’n kleine wel weer op heuveltjes kan duiden.
En een belastingparadijs is het hier ook niet, met die ene bank en een paar geldautomaten.

Maar welk land dan wel?
Om deze vraag te beantwoorden, heb ik geprobeerd om met de blik van een baby door Lombok te lopen. Ik weet het, dat kan ik niet.
Maar een poging wagen kan altijd.
Wat zou zo’n kleine dan hier als eerste opvallen?
Nou ja, in ieder geval die molen, denk ik zo.
Die aardige mensen die glimlachend hun hoofd aan de kleine laten zien.
Mensen uit veel verschillende culturen.
Een gezellig café als Kopi Susu, met lekkere koffie.
Het goede weer. Al is dit niet noodzakelijk Lomboks, maar het is wel het weer waar het Lombokkertje mee te maken heeft gekregen.

Dus wat heb ik nu:
De geur van koffie en lekker eten. De heuveltjes.
Geen belastingparadijs.
Een molen.
Aardige mensen. Veel culturen.
Gezellig café, met lekkere koffie.
Goed weer.
Waar heb je dat allemaal?
Als ik zo mijn eigen vakantiebestemmingen af ga, kom ik uit in Italië.
Maar nee, niet heel Italië. Maar een deel van Italië, waar veel toeristen zijn (uit verschillende culturen), waar molens staan, en waar heuvels zijn.
Nee, dat is geen Venetië.
Dat is Toscane.
Ik hoor de eerste woordjes van het Lombokkertje al voor me.
Mamma, pappa, klein Toscane.

Published in2011