Sla over naar de inhoud

Leidseweg, half één

De munten tel ik al lang niet meer bij elkaar op. In de eerste maanden dat ik hier woonde wel. Telkens als ik op de Leidseweg liep, maakte ik sommetjes met de waarde van de enorme centen, stuivers, dubbeltjes, kwartjes, guldens en rijksdaalders. Al duurde het wel maanden voordat ik precies wist hoeveel waarde op de stoep lag.

Niet dat ik zo’n langzame teller ben. Maar mijn rekensommetjes werden steeds onderbroken doordat ik draaiende wieken zag, ik me vergaapte aan één van de bruggetjes of gewoon aan het praten was met mijn vriendin.
Of we waren te druk met sprinten en springen.
Als we van het station terugliepen, hadden we nog wel eens de neiging om een flauw spelletje te doen: wie bereikt het eerste de volgende munt? Rustig liepen we hand in hand op de Leidseweg, alsof het een weg als alle andere was. Maar dan bleek het ineens ‘onze’ spring-op-de-munt-weg. Een paar meter voor een munt sprongen we er pardoes naartoe. Wie bij de Abel Tasmanbrug de meeste munten het eerst had aangeraakt, had gewonnen.
Maar nu zijn we wel uitgeteld en uitgesprongen. Nu lopen we gewoon de Leidseweg af. Enigszins vlug als we naar het station moeten, en een stuk rustiger als we net de trein hebben verlaten. Zoals afgelopen zaterdagnacht om half één. In de verder stille straat praatten we lekker en genoten we van de spiegeling op het kabbelende water en de halfdonkere bruggen. Stiekem hoopten we dat bewoners die nog wakker waren hun gordijnen niet hadden dichtgedaan, zodat we even konden zien hoe zij hun mooie woning hadden ingericht.
En vlak voor de Abel Tasmanbrug keken we even naar links, naar het imponerende en fraai verlichte gebouw van het Geldmuseum.
Het is een zeer mooi stukje Leidseweg, tussen deze brug en de ingang van het Geldmuseum, zo met dat gulden/euro-plakkaat tussen de tegels. Op 29 mei zal dit stukje vast nog veel bijzonderder zijn, als mijn vrouw (dan wel) en ik de Abel Tasmanbrug oversteken, op weg naar het Geldmuseum. Of we allebei echt lopen weet ik niet. Misschien draag ik haar wel, zoals het een bruidegom betaamt.
En misschien word ik dan later rond half één ´s nachts ook de brug opgedragen, moe als ik ben van de indrukken van de dag. Moe maar zeer voldaan, met een onuitwisbare herinnering aan de afgelopen dag en de straat waar dit allemaal plaatsvond.
Een herinnering die veel meer waard is dan alle munten van de Leidseweg.

Published in2010